Paradijsvogel
Paradijsvogel
Je was een bonte vogel met prachtige veren,
in kleuren die je nergens vindt
Maar elke keer als je op keek zag je slechts de anderen
hoog boven je zweven in de wind
Wat je ook probeerde met je raar gefladder, het was niet de moed die je ontbrak
Je vleugels waren niet gemaakt voor het vliegen
en je bleef plakken aan je tak.
Met de wanhoop groeide ook je moedige besluit.
Je dacht, als ze me niet dragen dan trek ik ze maar uit!
De bellen klinken, het tijdstip is gekomen, nu of nooit, het is je laatste kans!
Je schat de afstand en vertwijfelt, nu de moed niet laten zinken
Met ingehouden adem, de ogen stijf gesloten spring je als een stuntman
van de rand. Ingecheckt voor je laatste vlucht
Wanhopig klinkt de hoorn. oorverdovend het signaal. Remmen knarsen en duizend vonken spuwt het schurend staal.
Piepend komt honderd ton vermogen van sneltreinvaart tot stand.
Grote mannen met tranen in de ogen
zoeken naar gemorst leven tussen biels en grind
maar vinden slechts jouw veren
Je zweeft nu ergens
hoog boven in de lucht
Gedichten navigatie
« Vorige gedicht | Volgende gedicht »
Naar deze rubriek
Naar overzicht alle rubrieken
Over dit gedicht
Geplaatst op: 20-04-2019
Beoordeel dit gedicht nu
Over deze dichter
Godefridus Niemans (Actief sinds: 10-04-2019)
Auteursrechten
Op dit gedicht ‘Paradijsvogel’ van Godefridus Niemans zijn auteursrechten van toepassing (©). Het gedicht is onder auteursrechtelijke bescherming geplaatst op Dichters.nl.