Hovenier

Paul Duyvesteyn

Mijn hovenier slenterde sloom op straat, ik kwam hem tegen
Hij droeg een hoge hoed en vreemd genoeg ook een middeleeuwse degen
Dat had ik allerminst verwacht, eerder een appelgroen alpinopetje
Ook dacht ik hij zal wel kuieren met zijn schamele sjofeltje
Ik zie hem nog schoffelen tussen aardbruine acacia’s en roze rozen
Toen zat ik deels dommelend op een bekapte boomstam te verpozen
Ik herinner me dat hij eens op zijn engelse ezel spoorslag was verdwenen
Wat boos was ik indertijd, hij was nog niet klaar met voorjaarviooltjes verspenen
Nu zie ik hem recht voor me lopen, met harige hoveniershanden in zijn beborstelde broekzak
Ik was verbaasd, lette even niet op en maakte een stevige smak
Hij keek niet op of om en liep kaarsrecht en vlot voorwaarts
Ik stond op, zag hem nog gaan en strompelde in zijn richting, noordwaarts
Was hij op weg naar mijn mediterrane tuin waar mijn beeldende bloemen bloeien
Hij zal toch niet in zijn uitdossing met zijn degen gaan houwen en snoeien

Gedichten navigatie

« Vorige gedicht | Volgende gedicht »

Naar deze rubriek
Naar overzicht alle rubrieken

Over dit gedicht  

Geplaatst op: 28-12-2023

Beoordeel dit gedicht nu

Over deze dichter

Paul Duyvesteyn (Actief sinds: 11-03-2017)

Auteursrechten

Op dit gedicht ‘Hovenier ’ van Paul Duyvesteyn zijn auteursrechten van toepassing (©). Het gedicht is onder auteursrechtelijke bescherming geplaatst op Dichters.nl.