In de duisternis

Katrien Cornelis


In de duisternis vond u mij.
In de pijn hield u me vast.
Na jaren vol waarom,
nachtelijk gedraal.
Kwam eindelijk het licht,
lijkend uit het niets
bijna volkomen verrast.

Toen ik wegliep waakte u,
zonder weerga, ongenadig trouw.
Elke gebrokenheid u zichtbaar,
iedere pijniging vol rouw.

Ik bleef hopen, roepen, smeken
om uw inzicht en uw kracht.
Maar door duisternis verslonden,
gevangen in die macht.
Wie ben ik, vroeg ik u,
hoe ver wijk ik al reeds af?
Van wat u toen u me maakte
voor mij voor ogen had.

Klap na klap,
bombardementen zonder stop.
Niet beseffend waar u was
leek ik alleen.
Telkens wachtend,
houdt dit ooit nog op?

Zoveel Mensen, woorden, tekens
stuurde u mijn richting uit.
Doch verblind of onoplettend,
proberend in eigen kracht.
Bleef ik struikelen en vallen
niet verstaan wat u mij bracht.

Zonder beelden of geluid
was daar eindelijk uw stem.
U zei schrijf en dus schreef ik,
woord na woord.
Tot er geen letters over bleven
in mijn pen.

Gedichten navigatie

« Vorige gedicht | Volgende gedicht »

Naar deze rubriek
Naar overzicht alle rubrieken

Over dit gedicht  

Geplaatst op: 06-10-2023

Beoordeel dit gedicht nu

Over deze dichter

Katrien Cornelis (Actief sinds: 06-10-2023)

Auteursrechten

Op dit gedicht ‘In de duisternis’ van Katrien Cornelis zijn auteursrechten van toepassing (©). Het gedicht is onder auteursrechtelijke bescherming geplaatst op Dichters.nl.