WAARHEEN?

Han Messie

Twee avonturiers verlaten Bommelstein,
gaan het bos in, vol verschrompelde bomen
met mager herfstkleed. Uit de grond komen
fonkelogen, zoeken spokend samenzijn.

Een oude tovenaar bewaart zijn venijn,
weet al loerend boze drang in te tomen,
wil dat later naar buiten laten stromen,
wenst de beide wandelaars alle pijn.

Reusachtige zwammen werpen schaduwen
van onzeker trillend grauw en bleek goud
over de dwerg Kwetal, die zijn duim ophoudt.

Het baasje doet stoer voornemen stuwen:
"Ik zal heer Bommel en Tom Poes waarschuwen
en bijstaan bij gevaren in het woud."

Gedichten navigatie

« Vorige gedicht | Volgende gedicht »

Naar deze rubriek
Naar overzicht alle rubrieken

Over dit gedicht  

Geplaatst op: 28-07-2023

Beoordeel dit gedicht nu

Over deze dichter

Han Messie (Actief sinds: 18-01-2018)

Auteursrechten

Op dit gedicht ‘WAARHEEN?’ van Han Messie zijn auteursrechten van toepassing (©). Het gedicht is onder auteursrechtelijke bescherming geplaatst op Dichters.nl.