Traan
Men gezicht tegen de grond, niet de grond die ik ken.
In het luidste dat stilte toelaat, luider dan ik dacht,
maar het is die stilte.
Op gaat niet, neer des te meer.
Een diepe leegte waarmee ik lawaai maak.
Woorden die niet herkenbaar, beangstigend herkenbaar zijn.
Dan is die weer die, die ik voel nooit zie.
Een uitgestoken hand buiten het menselijke genegeerd.
Een traan vind hier zijn plaats niet.
Gedichten navigatie
« Vorige gedicht | Volgende gedicht »
Naar deze rubriek
Naar overzicht alle rubrieken
Over dit gedicht
Geplaatst op: 06-09-2016
Beoordeel dit gedicht nu
Over deze dichter
Ranathal (Actief sinds: 05-09-2016)
Auteursrechten
Op dit gedicht ‘Traan’ van Ranathal zijn auteursrechten van toepassing (©). Het gedicht is onder auteursrechtelijke bescherming geplaatst op Dichters.nl.