INLOGGEN
«»

Asielzoekstertje

‘Nu is mijn vader weer iets begonnen,
ik vind dat het dom is, en ook een beetje onbezonnen,

als ik je het vertel geloof je me niet,
en als ik er aan denk dan beef ik als een riet,

wij zijn van de Kerk en het Geloof van de Kopten,
maar sommige mensen vinden dat wij slecht zijn: als ongeneeslijke ziekten,

je moet weten wij wonen in Benghazi,
dat ligt in Libië, en we zijn nu nog vrij, nou ja quasi,

we komen eigenlijk uit Egypte maar mijn papa vond hier werk in het ziekenhuis,
daarom laten ze ons nu nog met rust, tenminste thuis,

mijn vader zal ons beschermen en gaat voor ons door het vuur,
maar hij zegt dat ze ons huis ook gaan beschieten of platbranden, op den duur,

dus nu wil hij met ons hele gezin vluchten, zo snel als het kan,
hij heeft het helemaal uitgedacht, en hij heeft al een reisplan,

het moet heel vlug gaan want de slechte mensen zijn bezig aan een opmars,
en hij moet heel veel centen betalen, voor de reis, in dollars,

als we dan uiteindelijk in een vrij land komen, dan komen we als bezoekers,
en dan kunnen we bescherming vragen, zegt papa, als asielzoekers,

we kunnen ons natuurlijk ook niet blijven laten onderdrukken,
maar ‘k ben bang voor die kleine bootjes, en er gebeuren veel ongelukken,

als we dan aankomen, moeten we nog ver met de trein, of in een vrachtauto,
dan moet je achterin zitten, tussen de dozen, dat zag ik wel eens op een foto,

en ik las wel eens: vrijheid heeft een prijs,
maar ik ben toch bang voor die lange reis,

ik moet al mijn vriendinnetjes achterlaten, Shatara, Zafira en ook Hadil,
dat moet, en dat is nodig voor het asiel,

ik kan misschien ook nooit meer naar oma en opa toe,
en we moeten misschien de rest van ons leven doorbrengen in armoe,

wat moet het zalig zijn om te zeggen wat je denkt en wat je voelt,
maar het mag hier niet, ook al komt het van een kind, en is het goedbedoeld,

ik wou dat ik – net als mijn broers – leren en studeren mocht,
maar hier, in mijn eigen land, is dat net zoveel als een kruistocht,

eigenlijk voel ik me hier thuis, en op déze plaats, hier,
in Benghazi bij de vissersbootjes aan de pier,

ik denk aan hoe mijn mama eten stooft in de ketel aan de drievoet,
misschien lam, of vis, met haar beste olijfolie, en Rás al Hánout,

maar mama zegt dat het tijd is, en dat we moeten gaan,
met vijven door het donker, nou ja: ’t is wel volle maan,

ik kijk naar boven, en in gedachten smeek ik: geef ons iets beters dan dit Kalifaat,
er moet toch ergens een betere wereld bestaan, is het niet, metterdaad?’

Gedichten navigatie

« Vorige gedicht | Volgende gedicht » Naar deze rubriek
Naar overzicht alle rubrieken Over dit gedicht   
Geplaatst op: 21-05-2018

Beoordeel dit gedicht nu

10 9 8 7 6
5 4 3 2 1

Over deze dichter

Ron Dietvorst
Actief sinds: 18-05-2018 Auteursrechten
Op dit gedicht ‘Asielzoekstertje’ van Ron Dietvorst zijn auteursrechten van toepassing (©). Het gedicht is onder auteursrechtelijke bescherming geplaatst op Dichters.nl.