Gebed voor Sion.

Joop Gilhuis

Psalm 102.Van David? Gebed voor Sion.

Het gebed van een ellendige, wanneer hij bezwijkt en
voor de Heer zijn klacht uitstort.

Heer, hoor mijn gebed, laat mijn hulpgeroep tot U komen,
verberg Uw Aangezicht niet voor mij, wil bij mij wonen.
Neig Uw oor, op dagen als het mij bang te moede is,
antwoord mij toch met haast als ik roep tot vergiffenis.

Want mijn dagen verdwijnen als rook en mijn benen gloeien,
als door een vuurhaard verzengt mijn hart, het gras kan niet groeien.
Vanwege mijn luide zuchten vergat ik mijn brood te eten,
het gebeente kleeft daardoor aan mijn vlees, ik wil het niet weten.

Ik ben als een pelikaan in de woestijn, ik kan niet slapen,
en vaak zit ik dan als een uil op een zieke koe te gapen.
Te midden der puinhopen gelijk ik een vogel op het dak,
eenzaam en verlaten, neemt de vijand mij veelal op de hak.

Wie tegen mij razen, gebruiken mijn naam vaak als vloek,
ik eet as als brood, en vermeng mijn drank met harde koek.
Door Uw toorn en verbolgenheid heeft U mij neergegooid,
opgetild, weggegooid als droog gras, helemaal berooid.

Mijn dagen zijn als een langgerekte schaduw zonder eind,
maar U o Heer troont eeuwig, tot aan het zware eind verfijnt.
Uw Grote Naam Heer, blijft van geslachten tot geslachten bij ons,
U zult opstaan, U over Sion erbarmen, luidt het gegons,

Er is een tijd gekomen dat de knechten aan stenen hechten,
ze hebben verdriet en willen snel sterke bouwmatten vlechten.
Dan zullen de volkeren ook de Naam des Heren weer vrezen,
en alle koningen der aarde, in Uw Heerlijkheid wezen.

Wanneer de Heer Sion heeft gebouwd en daar is verschenen,
dan is Zijn Heiligheid groot, alle tegenstand verdwenen.
Hij heeft zich gewend tot het gebed van ene berooide,
Hij heeft het niet veracht, maar aangehoord van de verstrooide.

Dit moet worden opgeschreven voor het volgende geslacht,
het volk dat geschapen zal worden, heeft de Heer eer gebracht.
Want Hij heeft uit Zijn Heilige hoogte op hen neergezien,
de Heer heeft uit de Hemel de aarde aanschouwd, bezien.

Hij wilde het zuchten van de gevangenen vernemen,
om tot den dood toe gedoemde, te bevrijden, te claimen.
Opdat men zo de Naam des Heren in Sion vertellen,
en Zijn Lof in Jeruzalem met kracht zal gaan aanzwellen.

En als de volken met de koninkrijken gaan knielen,
zich verzamelen om samen de Heer te gaan dienen.
Hij heeft op de weg mijn kracht gebroken, mijn dagen zomaar verkort,
Ik zeg:"Neem mij niet weg op de helft mijner dagen, dat ik instort."

U, Heer, wiens jaren duren door alle geslachten heen,
U heeft voorheen de aarde gegrondvest, schiep iedereen.
De Hemel is het werk van Uw Handen, zij zullen vergaan,
maar U houdt altijd stand; en zal ook altijd blijven bestaan.

Alles zal verslijten, als een mat die erg veel is belopen,
U verwisselt ze als een kleed waar het vuil komt afgedropen.
Maar U blijft dezelfde en U zult eeuwigheid betonen,
en de kinderen van Uw knechten zullen veilig wonen.

EN HUN NAGESLACHT ZAL VOOR UW AANGEZICHT BLIJVEN BESTAAN

Bewerkt door Joop Gilhuis.!