Bede om rechtvaardigheid tegenover de anarchisten.

Joop Gilhuis

Psalm 94. Van David? De zegepraal van het recht.

Bede om rechtvaardigheid tegenover de anarchisten.

God der wrake, Heer, God van de wrake, verschijn,
in licht glans, zodat elke tegenstand verdwijn.
Verhef U toch, o richter der aarde, breng vergelding,
laat hun goddeloosheid het einde zijn, ter verdelging.

Hoelang nog zullen de anarchisten juichen, Heer,
hoelang gaat de hovaardige tegen U tekeer.
Zij smalen en spreken meer en meer verwaten taal,
bedrijvers van onrecht voeren het woord, allemaal.

Uw volk, o Heer, vertreden en verdrukken zij,
weduwen en vreemden dood, wezen nooit meer blij.
Zij moorden en zeggen heel cru:"de Heer ziet niets,
de God van Jacob Israël, die merkt nooit iets."

Merk op, U redelozen dwazen, onder het volk,
wanneer zult U verstandig worden, kom uit die kolk.
Zou Hij, die de oren plantte, het niet horen,
Die het oog vormt, niet zien jouw vreemd furore?

Zou Hij die de volkeren onderwijst, niet straffen,
Hij die de mens kennis leert, domheid af wil schaffen.
De Heer kent de gedachten der mensen, ijdelheid,
welzalig is de man, die U Heer, daarom kastijdt.

U onderwijst uit Uw Wet, om rust te verlenen,
van de dagen van het onheil, die zijn verdwenen.
Nu wordt voor de anarchisten een kuil gegraven,
de Heer denkt altijd aan Zijn volk, Hij zal hen laven.

Hij zal niet verstoten nog het erfdeel verlaten,
de rechtspraak weer recht doende, tegen de verwaten.
Alle oprechten van hart sluiten zich hierbij aan,
wie treedt voor mij op tegen de wreedheden; en slaan?

wie, tegen de wreedaards en onrecht bedrijvers,
door de Heer en Zijn Schaar demonen uitdrijvers.
Mijn ziel ware haast in de stilte gekomen,
maar door Zijn hulp mag zij in zaligheid wonen.

Als ik het al dacht:"Mijn voet die gaat onderuit,
dan ondersteunde U, met Uw Krachtig Geluid."
Bij de veelheid van gedachten diep van binnen,
verkwikten Uw vertroostingen al mijn zinnen.

Heeft U iets gemeen met de zetel van verderf,
die onder schijn van recht, onheil sticht en bederf?
Zij maken jacht op het leven van de rechtvaardige,
onschuldig bloed verklaren zij als een onwaardige.

Maar de Heer was mij tot een burcht, mijn God en Rots,
de God mijner toevlucht, mijn Grote God, mijn trots.
Hij vergold hun het onrecht in dwaasheid begaan,
in hun boosheid verdelgde Hij hen, weggedaan.

Hij de Heer, onze God !
Halleluja !

Bewerkt door Joop Gilhuis.

Gedichten navigatie

« Vorige gedicht | Volgende gedicht »

Naar deze rubriek
Naar overzicht alle rubrieken

Over dit gedicht  

Geplaatst op: 19-05-2018

Beoordeel dit gedicht nu

Over deze dichter

Joop Gilhuis (Actief sinds: 09-12-2016)

Auteursrechten

Op dit gedicht ‘Bede om rechtvaardigheid tegenover de anarchisten.’ van Joop Gilhuis zijn auteursrechten van toepassing (©). Het gedicht is onder auteursrechtelijke bescherming geplaatst op Dichters.nl.