INLOGGEN
«»

Tussen asperines

Bij nacht en ontij kwam griep in je huis geslopen
kwamen beren uit de lucht gelopen
zonder vragen in je ledikant gekropen

ze woelden en brachten koorts
er was geen slaap die wilde komen
onrust had zich meester gemaakt

en toen op kosmische hoogten
met een mond zo droog, water en asperines op niet te tellen nachtkastjes

heb je aan sinaasappels gedacht
en het gele sap dat over je tong liep
en een geliefde gezien
fietsend door straten vol zonlicht
in een vroegere wereld
haar haar dat wapperende, haar lach die gul was, haar eeuwige jeugd

stof dwarrelde in bedompt kamerlicht
het gordijn bewoog wat in de wintertocht
ziek heb je door de kieren gekeken
ziek heb je door ijle dromen gezien

belofte
dan loutering en tot slot berusting

de grijsaard geworden jongeling

Gedichten navigatie

« Vorige gedicht | Volgende gedicht » Naar deze rubriek
Naar overzicht alle rubrieken Over dit gedicht   
Geplaatst op: 14-10-2014

Beoordeel dit gedicht nu

10 9 8 7 6
5 4 3 2 1

Over deze dichter

Hans Limbeek
Actief sinds: 01-10-2014Informatie bij het gedicht:

vrijdag 5 april 2013 Auteursrechten
Op dit gedicht ‘Tussen asperines’ van Hans Limbeek zijn auteursrechten van toepassing (©). Het gedicht is onder auteursrechtelijke bescherming geplaatst op Dichters.nl.