LAMBIK

Han Messie

De gezette, kaalhoofdige kameraad
van Suske en Wiske wil graag bier drinken,
opdat zorg voor korte tijd mag verzinken,
maar herstelt zich spoedig, geeft wijze raad.

De man is soms gloeiend, toch even, kwaad,
al zal ras zijn Vlaamse aard weer opblinken,
waarbij schappelijke woorden klinken,
het talmen verjagen. Moedig tot de daad!

Hij kan vaak brute kerels ontmoeten:
handen en voeten vol trefzekerheid
laten tegenstanders pijnlijk boeten.

Na wild beleven, van lasten bevrijd,
zal samenzijn het gebeurde groeten
met koddige spraak, spitsvondig beleid.