Overal want nergens

Zywa

Mager, handen ruwe huid
een schorre groet met gaten
tussen mijn zandknarsende tanden:

iemand om van te schrikken
Ik ben overal want nergens
mag ik zijn, geef me schoenen:

zolang ik loop leef ik
Noem me Job, ik geloof
niet dat God me zal redden

uit de onderwereld
waar het 's winters warm is
tot midden in de nacht

de deuren sluiten. Of ik hoop
wakker te worden uit de kou
weet ik niet, misschien

doe ik wat jij doet en duw
ik het naar de toekomst
Dan bestaat het niet

Gedichten navigatie

« Vorige gedicht | Volgende gedicht »

Naar deze rubriek
Naar overzicht alle rubrieken

Over dit gedicht  

Geplaatst op: 29-03-2021

Beoordeel dit gedicht nu

Over deze dichter

Zywa (Actief sinds: 25-04-2018)

Informatie bij het gedicht

Bundel 'Hangende regen'

Auteursrechten

Op dit gedicht ‘Overal want nergens’ van Zywa zijn auteursrechten van toepassing (©). Het gedicht is onder auteursrechtelijke bescherming geplaatst op Dichters.nl.