«»
door ontwakend voorjaarsbos, toont bescheiden
zijn eerste bloei, die zich wil verwijden:
witte vingertjes vragen naar 't leven:
ze verlaten hun tak om weg te zweven;
minzame woudadem mag hen leiden
in toekomst van berusting en strijden.
Aan de stam zullen jaren met groei kleven.
De bedaagde bloesemdrager aanschouwt
wat de tijd hem langzaam aan heeft gebracht:
een groep nazaten, vol bleek goud bedauwd.
Geurige kronen raken elkaar zacht:
een dichte kluwen blanke handen bouwt
steeds gaande en weer komende eendracht.
RIJ VAN LENTES
Het jonge krentenboompje, omgevendoor ontwakend voorjaarsbos, toont bescheiden
zijn eerste bloei, die zich wil verwijden:
witte vingertjes vragen naar 't leven:
ze verlaten hun tak om weg te zweven;
minzame woudadem mag hen leiden
in toekomst van berusting en strijden.
Aan de stam zullen jaren met groei kleven.
De bedaagde bloesemdrager aanschouwt
wat de tijd hem langzaam aan heeft gebracht:
een groep nazaten, vol bleek goud bedauwd.
Geurige kronen raken elkaar zacht:
een dichte kluwen blanke handen bouwt
steeds gaande en weer komende eendracht.
Gedichten navigatie
« Vorige gedicht | Volgende gedicht » Naar deze rubriekNaar overzicht alle rubrieken Over dit gedicht Geplaatst op: 18-04-2019
Beoordeel dit gedicht nu
5 | 4 | 3 | 2 | 1 |
Over deze dichter
Han MessieActief sinds: 18-01-2018 Auteursrechten
Op dit gedicht ‘RIJ VAN LENTES’ van Han Messie zijn auteursrechten van toepassing (©). Het gedicht is onder auteursrechtelijke bescherming geplaatst op Dichters.nl.