INLOGGEN
«»

Stoer

Stoer

Zomaar een gewone dag, ze zaten met z’n drieën in het gras,
Elk beweerde dat zijn vader eigenlijk de knapste was.
Mijn pa schrijft maar een paar regels en noemt dat een gedicht,
Daarvoor krijgt hij vijftig euro, zegt de 1e met een trots gezicht.
Mijn pa, zei kleinste jongen, maakt zo een muziekstuk klaar,
Op muziekpapier zet pa vlug wat noten hier en daar.
En als alle regels vol zijn, zegt hij; ‘k heb gecomponeerd,
Daar krijgt hij honderd euro voor, ‘k hoop dat hij mij dat ook leert.
Mijn vader is nog véél knapper, wordt door d oudste beweerd,
Die schrijft een heel lang verhaal, dat hij dan van buiten leert,
’s Zondagsmorgens zorgt mijn vader, zo vervolgt hij dan,
Dat hij het dan voor de mensen uit zijn hoofd opzeggen kan.
En zodra mijn vader klaar is, als hij alles heeft verteld,
Zijn er vijf of zes man nodig, voor het ophalen van het geld.

Gedichten navigatie

« Vorige gedicht | Volgende gedicht » Naar deze rubriek
Naar overzicht alle rubrieken Over dit gedicht   
Geplaatst op: 30-10-2021

Beoordeel dit gedicht nu

10 9 8 7 6
5 4 3 2 1

Over deze dichter

Gertjan van der Kraan
Actief sinds: 31-10-2014 Auteursrechten
Op dit gedicht ‘Stoer’ van Gertjan van der Kraan zijn auteursrechten van toepassing (©). Het gedicht is onder auteursrechtelijke bescherming geplaatst op Dichters.nl.