«»
Graveren wij onze aanwezigheid
In de randen van parkbankjes
En wij kwijlen op stoepranden
Hoewel wij mikten voor de goot
Men noemt ons Negers, Mocro's of
Kaaskoppen, maar we zijn werkelijk kraaien
En wij draaien onze zwartgevederde
Kopjes weg van de zon
En bekijken met onze kraaloogjes
De schaduw die achter ons schuilt
Wij kraaien verachten onze schaduw
Onze snavels kakelen: ‘kankerschaduw’
‘Oprotten schaduw’, jagen hem weg
Maken lawaai: ‘Schaduw, ka-ka-ka!’
Dus wij vliegen op, strijken neer
Graveren randen, hoesten slijk op stoepranden
De zon gaat neer, de zon gaat onder
In de goot blijft één van ons kraaien drijven
Sterft tussen longslijm en fluimen
Hij wordt omvat door de schaduw
Wij kraaien worden allen
Omvat door schaduw
Wij kraken met onze snavels
Onze hersens, zo groot als een walnoot
Maar we gaan nog lang niet dóóód
Wij spugen náást de goot
De maan gaat neer, de maan gaat onder
Alleen achter ons is het nu weer donker
Halfleeg is de hemel, niet zo bijzonder
Niet halfvol, maar halfleeg is het donker
Halfleeg is de schaduw
Die wij kraaien verachten
Waar wij onze tongen en snavels op scherpen
Maar al de kankerkannonades en
Krassende klauwen van ons kraaien
Kan de schaduw nooit wat deren
Dus zullen we hem maar weer smeren
Opvliegen, en weer neer
Graveren, de longen van een kraaigenoot
Uitgesmeerd in de goot zien liggen
De zon gaat hoog, de zon gaat boven
Verblind onze kraaloogjes
Tot wij niet meer zien of we de rand raken
Of de goot
En niet meer weten hoe of wat we
Onze aanwezigheid in parkbankjes graveren
En dat de schaduw langzamerhand slinkt en
Onder onze pootjes verdwijnt
En onszelf de ogen uitpikken
Tot wij allen onze longen in de goot uitkotsen
Epos van Kraaien
Wij zijn kraaien, met onze klauwenGraveren wij onze aanwezigheid
In de randen van parkbankjes
En wij kwijlen op stoepranden
Hoewel wij mikten voor de goot
Men noemt ons Negers, Mocro's of
Kaaskoppen, maar we zijn werkelijk kraaien
En wij draaien onze zwartgevederde
Kopjes weg van de zon
En bekijken met onze kraaloogjes
De schaduw die achter ons schuilt
Wij kraaien verachten onze schaduw
Onze snavels kakelen: ‘kankerschaduw’
‘Oprotten schaduw’, jagen hem weg
Maken lawaai: ‘Schaduw, ka-ka-ka!’
Dus wij vliegen op, strijken neer
Graveren randen, hoesten slijk op stoepranden
De zon gaat neer, de zon gaat onder
In de goot blijft één van ons kraaien drijven
Sterft tussen longslijm en fluimen
Hij wordt omvat door de schaduw
Wij kraaien worden allen
Omvat door schaduw
Wij kraken met onze snavels
Onze hersens, zo groot als een walnoot
Maar we gaan nog lang niet dóóód
Wij spugen náást de goot
De maan gaat neer, de maan gaat onder
Alleen achter ons is het nu weer donker
Halfleeg is de hemel, niet zo bijzonder
Niet halfvol, maar halfleeg is het donker
Halfleeg is de schaduw
Die wij kraaien verachten
Waar wij onze tongen en snavels op scherpen
Maar al de kankerkannonades en
Krassende klauwen van ons kraaien
Kan de schaduw nooit wat deren
Dus zullen we hem maar weer smeren
Opvliegen, en weer neer
Graveren, de longen van een kraaigenoot
Uitgesmeerd in de goot zien liggen
De zon gaat hoog, de zon gaat boven
Verblind onze kraaloogjes
Tot wij niet meer zien of we de rand raken
Of de goot
En niet meer weten hoe of wat we
Onze aanwezigheid in parkbankjes graveren
En dat de schaduw langzamerhand slinkt en
Onder onze pootjes verdwijnt
En onszelf de ogen uitpikken
Tot wij allen onze longen in de goot uitkotsen
Gedichten navigatie
« Vorige gedicht | Volgende gedicht » Naar deze rubriekNaar overzicht alle rubrieken Over dit gedicht Geplaatst op: 15-01-2019
Beoordeel dit gedicht nu
5 | 4 | 3 | 2 | 1 |
Over deze dichter
DormantiqueActief sinds: 15-01-2019Informatie bij het gedicht:
Opgedragen aan Rapper Steen en Ontstoken Paddenstoel Opnames Auteursrechten
Op dit gedicht ‘Epos van Kraaien’ van Dormantique zijn auteursrechten van toepassing (©). Het gedicht is onder auteursrechtelijke bescherming geplaatst op Dichters.nl.
Meer gedichten in de rubriek: Zinloos geweld
Nieuwste gedichten
- mensheid
- Ze hebben geen weet
- DE TIRANNIE VAN (41) ....
- Dempend geweeklaag
- [ De tirannie van (28) ]
- Schreeuw van Verlorenheid