De pillenblues

Vincent Oostrijck

De pillenblues

Een overspannen man
Moet elke dag zijn pillen nemen
En hij wordt er horendol van

Het begint
Met het openmaken van het doosje pillen:

Hij doet het doosje altijd per ongeluk
Open aan de verkeerde kant
Daar waar de bijsluiter opgevouwen zit

Hij probeert nog tevergeefs
Een strip pillen eruit te trekken
Maar de bijsluiter zit natuurlijk in de weg

Als hij het doosje weer wil dichtdoen
Sluit het doosje niet goed
Omdat de bijsluiter is verschoven
Hij probeert deze terug te duwen

Maar helaas
Te wanhopig en te hardhandig

Aan de andere kant van het doosje
Donderen alle pillenstrips zo op de grond
En verspreiden zich over de vloer

Behalve de bijsluiter dan
Die zit nog netjes in het doosje

Scheldend en trillend raapt hij ze op
En smijt alle strips los in het laatje
Van zijn medicijnkastje
En het ellendige doosje erachteraan

Op één strip na dan

Hij probeert daar een pil uit te drukken

Maar helaas
Te wanhopig en te hardhandig

Terwijl de pil uit de strip komt
Breekt hij in twee helften
En de stukjes glippen hem door de vingers
Ze gaan eveneens richting de grond
En rollen vliegensvlug onder de kast

Maar het stukje zilverpapier van de strip
Ligt wel nog in zijn hand
Woedend smijt hij het weg.

Inmiddels is zijn geest gebroken
Hij drukt succesvol een tweede pil
Uit het pillenstripje
En slikt deze door
Met een slok lauw water

Daarna gaat hij uitgeput op zijn bed liggen
Hij sluit zijn ogen

Hij weet het echt zeker:

Pillen zijn slecht voor je geestelijke gezondheid