Het kind van zeven

Jose van Rosmalen

Ik kijk naar de witte spijlen, de kooi om mij heen
er gaat een zachte zoemer, een zuster komt kijken
mijn voeten zijn in gips gebonden, ze liggen zwaar
komen mama en papa straks, mogen dan die laarsjes uit?

Met de drijvende wolken wil ik me mee laten voeren
een kleuter huilt boos, zelf ben ik al een grote jongen
zuster, ik heb pijn, ik voel het hier zo steken
kom, ga nog maar even slapen, straks komt de dokter.

De dag dat het gips wordt geknipt zijn mijn benen twee stokjes
met een grote zwarte auto rijden we langzaam naar huis
de jongens komen voorbij, zwaaiend op weg naar school
ik worstel tot ik weer loop, ga in november naar de tweede klas.


Over dit gedicht 

Geplaatst op: 28-12-2016

Gedicht beoordelen

Gemiddelde cijfer: 9
Aantal beoordelingen: 2

Over deze dichter

Jose van Rosmalen (Actief sinds: 21-11-2014)

Informatie bij het gedicht

herinneringsgedicht


© Op dit gedicht 'Het kind van zeven' van Jose van Rosmalen zijn auteursrechten van toepassing. Het gedicht is onder auteursrechtelijke bescherming geplaatst op Dichters.nl.