SCHILDERSDROOM

Cock van den Berg

SCHILDERSDROOM.

Als beginnend kunstenaar
wil ik een hele grote worden:
Wel geen Picasso of Renoir,
Doch toch wel ergens in die orde.

Maar hoe krijg ik dat voor elkaar ?

Zo'n Karel Appel, dat was een barbaar,
Die smeet zijn potten op het doek
En dat vond men toen wel raar;
Nu staat hij als een fenomeen te boek.

Maar hoe krijg ik dat voor elkaar ?

Was ik dan maar zo'n verfklodderaar,
Of zo kinderlijk als die Corneille;
Die leefde niet als een clochard
En dronk geen slechte wijn uit de bouteille.

Maar hoe krijg ik dat voor elkaar ?

Misschien is 't wel niet waar,
Dat ze allemaal zo rijk begonnen;
Was 't wellicht niet altijd kaviaar,
Verdienden ze nog minder dan de nonnen.

Krijg ik het dan toch nog voor elkaar ?

Op zondag, ,zo'n schilder op de boulevard
Achter zijn ezeltje in de zon,
die plukt de dag; zegt 's avonds dan bon soir;
Voor hem is alles dan bon ton.

Dus voor mij komt 't ook wel voor elkaar.