De kraaienbroeders
De kraaienbroeders
De botten van de arme man
Liggen onder het vuil en onder de rook
Van de grote stad
Volgens de kraaienbroeders was het moord
En behalve hen en de daders
Zijn er verder geen getuigen
Ze zitten bij het plaats delict
Als zwart gevederde bewakers
Van een hogere duistere macht
Het leven heeft voor hen geen geheimen
En de dood al evenmin
"Het was moord",
kraaien ze
"Het was moord"
De schoorstenen van de fabrieken
Braken industriële roetdeeltjes uit
Die hier als zwarte regen neerdalen
De zielen van de mensen zijn pikzwart
Zwarter dan de veren van de kraaienbroeders
En zo kwaadaardig als wat
De kraaienbroeders verbaast het niets
Het is altijd zo geweest
En het zal nooit anders zijn
De machines van de mensheid
Kreunen en steunen dag en nacht
Ze pompen en ze produceren
Dikke wolken zwarte regen
Het was moord
Dat staat vast
Rustig strijken ze hun veren glad
Gedichten navigatie
« Vorige gedicht | Volgende gedicht »
Naar deze rubriek
Naar overzicht alle rubrieken
Over dit gedicht
Geplaatst op: 17-09-2018
Beoordeel dit gedicht nu
Over deze dichter
Vincent Oostrijck (Actief sinds: 20-08-2017)
Auteursrechten
Op dit gedicht ‘De kraaienbroeders’ van Vincent Oostrijck zijn auteursrechten van toepassing (©). Het gedicht is onder auteursrechtelijke bescherming geplaatst op Dichters.nl.