Honderd Wil Ik Nog Wel Worden

Willem Bernardus Tijssen

De kinderjaren gaan van nul tot tien.
De tieners willen iets worden misschien.
Van twintig tot dertig kan men zijn getrouwd.
Na veertig heet men al gauw te oud.
Bij vijftigers overheerst de spijt van hoe het is
Gegaan. Voorbij de zestig verzoen je je met het
Bestaan. Zeventigers kijken niet meer graag
Vooruit.Tachtigers gaan morgen, als gisteren zich
Eerst sluit. De negentiger durft geen betekenis meer
Te duiden. Een honderdjarige doet alle klokken luiden.

Jaren neem ze een voor een!
Per tien en dan over de barricade
Heen. Elke tien lijkt opnieuw een kans
Op geluk en evenwicht in balans.

Leven is te kort om ongelukkig te zijn!
Het eindigt bejaard aan het eind van de levenslijn.
Van jong naar oud is niet slechts goud.
Ieder jaar blinkt zoals je er zelf van houdt.

Gedichten navigatie

« Vorige gedicht | Volgende gedicht »

Naar deze rubriek
Naar overzicht alle rubrieken

Over dit gedicht  

Geplaatst op: 19-08-2015

Beoordeel dit gedicht nu

Over deze dichter

Willem Bernardus Tijssen (Actief sinds: 02-03-2015)

Auteursrechten

Op dit gedicht ‘Honderd Wil Ik Nog Wel Worden’ van Willem Bernardus Tijssen zijn auteursrechten van toepassing (©). Het gedicht is onder auteursrechtelijke bescherming geplaatst op Dichters.nl.