De maan

Dolf de Jong



Ik zie hem staan
glimlachend kijkt hij mij aan.
Ik zie hem daar heel ver
net naast een twinkelende ster.

Soms als hij zich half achter een wolk verschuilt
dan is het net of dat hij niet lacht, maar huilt.
Zou hij dan ook echt verdrietig zijn,
of is dat maar maneschijn.

Iedere nacht weer
kijkt hij op ons neer.
Wat wekt toch zijn belangstelling,
of is zijn interesse slechts een opwelling?

Iedere ochtend als hij weer verbleekt
veins ik dat hij in `t universum zal verdwalen,
maar nee koesterend onder de zonnestralen
is het dat hij weer nieuwe schijnsel kweekt.

Om altijd met een glimlach er voor te waken
zijn taak als maan niet te verzaken,
zodat dat hij `s avonds zonder dralen
aan het firmament weer staat te stralen.
Dd J.

Gedichten navigatie

« Vorige gedicht | Volgende gedicht »

Naar deze rubriek
Naar overzicht alle rubrieken

Over dit gedicht  

Geplaatst op: 15-02-2016

Beoordeel dit gedicht nu

Over deze dichter

Dolf de Jong (Actief sinds: 26-12-2015)

Auteursrechten

Op dit gedicht ‘De maan’ van Dolf de Jong zijn auteursrechten van toepassing (©). Het gedicht is onder auteursrechtelijke bescherming geplaatst op Dichters.nl.