«»
en de wind ruist over het waaiende koren
de vogels zingen en ik loop verloren
door de nieuwe dag langs de oeverrand
ver weg raast de drukte, ik kon het niet aan
de gekte, de snelheid, het rennen en jachten
waar de sterken de zwakken afslachten
op een ochtend vroeg ben ik weggegaan
ik ging langs ruïnes van de tijd
en zag de aangebrachte diepe wonden
heb toen de poorten van paranoia gevonden
lang en verbitterd was de strijd
tot de lucht weer op ging klaren
toen kon ik mij weer bij de gekken scharen
Black day
de zon schijnt over het goudgele landen de wind ruist over het waaiende koren
de vogels zingen en ik loop verloren
door de nieuwe dag langs de oeverrand
ver weg raast de drukte, ik kon het niet aan
de gekte, de snelheid, het rennen en jachten
waar de sterken de zwakken afslachten
op een ochtend vroeg ben ik weggegaan
ik ging langs ruïnes van de tijd
en zag de aangebrachte diepe wonden
heb toen de poorten van paranoia gevonden
lang en verbitterd was de strijd
tot de lucht weer op ging klaren
toen kon ik mij weer bij de gekken scharen
Gedichten navigatie
« Vorige gedicht | Volgende gedicht » Naar deze rubriekNaar overzicht alle rubrieken Over dit gedicht Geplaatst op: 14-09-2015
Beoordeel dit gedicht nu
5 | 4 | 3 | 2 | 1 |
Over deze dichter
Ton JurriansenActief sinds: 14-09-2015Informatie bij het gedicht:
Wie is er gek, wie is er normaal? Auteursrechten
Op dit gedicht ‘Black day’ van Ton Jurriansen zijn auteursrechten van toepassing (©). Het gedicht is onder auteursrechtelijke bescherming geplaatst op Dichters.nl.