Blindengeleidehond
Een blindeman wandelt met aan het andere eind
Van de lijn een hondje dat zijn geleider moet zijn.
Het hondje is misschien in grootte nogal klein,
Maar in zijn grootsheid is het zoals het moet zijn.
Het heeft geen woorden, het kan niet praten,
Maar zijn gevoel geleidt de blinde door alle straten.
Het hondje ziet waarin het zijn baas geleiden kan,
En het vermijdt gevaren zo goed het oordelen kan.
Zo vindt de viervoeter in een gehandicapt
mensenbestaan een zeer gewaardeerde
Hondenbaan.
Over dit gedicht
Geplaatst op: 21-06-2015
Over deze dichter
Willem Bernardus Tijssen (Actief sinds: 02-03-2015)
© Op dit gedicht 'Blindengeleidehond' van Willem Bernardus Tijssen zijn auteursrechten van toepassing. Het gedicht is onder auteursrechtelijke bescherming geplaatst op Dichters.nl.