Handen
Ze liepen levenslang over de wegen
zonder dat hun handen naderden
die wachtend hen te reiken te dienden.
Dat plotseling het huis verschenen stond
met alle ramen in volle overvloed
open de deuren stralend uitgestald.
Daar verlegen traden zij in het licht
de warmte rondom hen en de pracht
van de gouden graal glinsterde zacht.
Raakten zij, raakten zij de handen aan
en alles zwevend zijn aanvang nam
liepen zij, zij naar het laatste avondmaal.
Guido van Geel
Gedichten navigatie
« Vorige gedicht | Volgende gedicht »
Naar deze rubriek
Naar overzicht alle rubrieken
Over dit gedicht
Geplaatst op: 07-04-2017
Beoordeel dit gedicht nu
Over deze dichter
Guido van Geel (Actief sinds: 28-03-2014)
Informatie bij het gedicht
Een andere versie van dit gedichtje kunt U vinden op de site '1001 gedichten'. Dit is namelijk mijn streven, om van alle gedichten aldaar, hier een andere versie te presenteren. Groet Guido van Geel
Auteursrechten
Op dit gedicht ‘Handen’ van Guido van Geel zijn auteursrechten van toepassing (©). Het gedicht is onder auteursrechtelijke bescherming geplaatst op Dichters.nl.