Piet en de Potvis
Vuurtorenwachter Piet en de Potvis
Was nacht, was nacht, het was een stikdonkere nacht
en Piet, die had de wacht
daar hoorde hij een doffe klap
hij schreeuwde geen moord
hij schreeuwde geen brand
maar er lag iets groots daar op het strand.
Was groot, was groot, het was ontzettend groot
en zeker en vast in nood
daar hoorde bij een mooie taak
hij riep geen bah
hij riep geen boe
maar snelde er vliegensvlug naartoe.
Was zwart, was glad, het was ook nog druipend nat
en Piet wist niet wat hij had
daar hoorde hij een zware stem
die sprak geen Spaans
die sprak geen Schots
maar wat hij sprak dat was Pots.
Wat oraal, wat nasaal, het was gewoon de potvistaal
en aqua territoriaal
maar daarbij hielp geen woordenboek
hij zei geen hom
hij zei geen kuit
maar zei (vertaald):’help me hier uit’.
Wat gedacht, wat bedacht en nog eens nagedacht
er klonk: ’Hé zeg, wacht
daar hoort en past een selfie bij’
hij met mobiel
hij nam de kiek
maar dan met zonder kijkpubliek.
Wat tot slot, wat tot slot, wat tot slot gedaan
en dat kwam spontaan
daar hoorde geen men een grote plons
Piet had geen ton
Piet had geen net
maar heeft de vis weer netjes teruggezet.
Gedichten navigatie
« Vorige gedicht | Volgende gedicht »
Naar deze rubriek
Naar overzicht alle rubrieken
Over dit gedicht
Geplaatst op: 19-04-2014
Beoordeel dit gedicht nu
Over deze dichter
Guido van Geel (Actief sinds: 28-03-2014)
Informatie bij het gedicht
Een variant op het versje/liedje 'Was nacht'
Auteursrechten
Op dit gedicht ‘Piet en de Potvis’ van Guido van Geel zijn auteursrechten van toepassing (©). Het gedicht is onder auteursrechtelijke bescherming geplaatst op Dichters.nl.