Lofzang van Maria

Drikus Engelenhoven

Wat mag Maria heerlijk zingen.
Niet alleen met haar mond;
vertelde zij het zingend in het rond.
Ook met haar ziel beleed ze heerlijke dingen.

Ze zingt van de grootheid van haar Heere
en verheugt zich in haar Zaligmaker.
Haar hart en mond stromen over van Gods ere;
eerst schuchter, maar steeds vaker.

Want grote dingen heeft Hij gedaan,
aan haar ziel en leven;
voor eeuwig en niet voor even.
Hoe heerlijk en heilig is Zijn Naam!

Hij heeft gedaan een krachtig werk,
dat zal staan tot in eeuwigheid!
Als ik daar iets van bemerk,
niet alleen straks, maar ook in deze tijd;

Ja, dan springt ook mijn ziel,
op van vreugde in mijn God.
En al is het ook dat ik viel;
Hij richtte mij op naar Zijn gebod.

Gedichten navigatie

« Vorige gedicht | Volgende gedicht »

Naar deze rubriek
Naar overzicht alle rubrieken

Over dit gedicht  

Geplaatst op: 11-12-2016

Beoordeel dit gedicht nu

Over deze dichter

Drikus Engelenhoven (Actief sinds: 18-10-2016)

Auteursrechten

Op dit gedicht ‘Lofzang van Maria’ van Drikus Engelenhoven zijn auteursrechten van toepassing (©). Het gedicht is onder auteursrechtelijke bescherming geplaatst op Dichters.nl.