Afgebroken tenten
Nooit denk ik zonder zuchten
aan die langste dag
hoe in de kleine, zo benauwde kamer
wij afscheid van mijn moeder namen
de aardse tent al afgebroken was
nu zoveel jaren later
mijn schoonmoeder zucht,
benauwd in de te grote kamer,
de langste dag weer nadert
richt ik mijn ogen naar de lucht
zie voor me wat er overblijft,
de dorre plekken in het groene gras
onder de afgebroken tenten
die in drie dagen zich naar boven wenden,
de tijd dat Jezus in de groeve lag
Voorbode
van de Grote Zomer.
Over dit gedicht
Geplaatst op: 21-04-2014
Over deze dichter
Coby Poelman - Duisterwinkel (Actief sinds: 28-03-2014)
Informatie bij het gedicht
Bij 2 Korintiërs 5 vers 1 tot 10
© Op dit gedicht 'Afgebroken tenten' van Coby Poelman - Duisterwinkel zijn auteursrechten van toepassing. Het gedicht is onder auteursrechtelijke bescherming geplaatst op Dichters.nl.