De anker

NanaLook

Er ligt een anker aan mijn voeten. Ik word met man en macht naar onder geslonken. Totdat ik zink, langzaam is de vrucht verrot en beginnen de haaien te eten aan mijn voeten. Wanneer zal eindelijk de meeuw. De meeuw of de verlossende hand mij redden. Dan is eindelijk het einde begonnen. Het einde waarin ik mij niet tot de bodem voel van de macht om mij heen De meeuw wilt mij redden, maar zij weet niet dat door iedere kraai de anker zwaarder wordt. Wanneer ik zink voel ik de bodem. Ik zink en voel het zeewier mij omwringen. Ik word koud en de donkerblauwe zee wordt zwart.

Gedichten navigatie

« Vorige gedicht | Volgende gedicht »

Naar deze rubriek
Naar overzicht alle rubrieken

Over dit gedicht  

Geplaatst op: 12-09-2021

Beoordeel dit gedicht nu

Over deze dichter

NanaLook (Actief sinds: 12-09-2021)

Informatie bij het gedicht

Mijn eerste gedicht. Geschreven op: 23-04-21.

Auteursrechten

Op dit gedicht ‘De anker’ van NanaLook zijn auteursrechten van toepassing (©). Het gedicht is onder auteursrechtelijke bescherming geplaatst op Dichters.nl.